Een opdrachtgever die personeel inleent loopt bepaalde aansprakelijkheid risico’s op grond van wet- en regelgeving. Kenmerkend voor deze wetgeving is dat alle partijen in de inhuurketen een verantwoordelijkheid hebben en daarmee ook aansprakelijk gesteld kunnen worden voor misstanden die in de inhuurketen plaatsvinden. Dat begint dus met de uitlener (de werkgever van de werknemer), eventuele tussenliggende partijen in de inhuurketen (de doorleners) en de inlener (de organisatie waar de werknemer uiteindelijk de werkzaamheden verricht). Deze regelgeving is bedacht om misbruik en oneerlijke concurrentie te voorkomen door o.a. ontduiking van belastingen en sociale premies en ongelijke behandeling van externe medewerkers ten opzichte van interne medewerkers. Kenmerkend is dat er sprake is van een volgtijdelijke aansprakelijkheid. Dus in geval van een inhuurketen met diverse partijen, wordt als eerst de directe contractpartij van de nalatige partij aangesproken. Kan deze partij niet aan zijn verplichtingen voldoen, dan is de volgende partij in de keten aansprakelijk.
Relevante wetgeving:
- Inlenersaansprakelijkheid (WKA)
- Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS)
- Wet Allocatie Arbeidskrachten door Intermediairs (Waadi)
Bij inhuur van buitenlanders of van buitenlandse ondernemingen loopt een inlener ook risico’s in het kader van de Wet Arbeid Vreemdelingen (WAV) en de Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie (WagwEU). Deze twee wetten worden in ons dossier Buitenland nader besproken.
Leiding en toezicht
De WKA, WAS en Waadi zijn voor een inlener alleen relevant als een werknemer door zijn werkgever ter beschikking wordt gesteld aan de inlener om onder diens leiding of toezicht werkzaam te zijn. Leiding of toezicht houdt in dat de inlener aanwijzingen, opdrachten, instructies, etc. kan geven over de wijze waarop de werkzaamheden door de externe medewerker worden uitgevoerd. Of hier sprake van is, is vaak moeilijk vast te stellen. Er worden immers altijd sprake van een bepaalde mate van toezicht vanuit de inlener, maar waar ligt de grens? In het algemeen geldt dat indien de aanwijzingen en instructies op het afgesproken resultaat gericht zijn, er geen sprake is van leiding en toezicht.
Deze regelgeving geldt dus niet indien de werkzaamheden door een zelfstandige worden verricht (al dan niet via een keten van partijen), mits er geen sprake is van leiding en toezicht (want dan wordt de zelfstandige als werknemer gezien).
Inlenersaansprakelijkheid (WKA)
De Wet Ketenaansprakelijkheid bepaalt dat een inlener aansprakelijk kan worden gesteld voor de loonheffingen en omzetbelasting die niet of niet volledig zijn afgedragen in de inhuurketen met betrekking de onder leiding en toezicht van de inlener te werk gestelde externe medewerkers. Indien de uitlener als werkgever niet zijn verplichtingen kan of wil nakomen voor de afdrachten van loonbelasting, premies volksverzekeringen en premies werknemersverzekeringen met betrekking tot het te werk gestelde personeel kan de Belastingdienst een navordering doen bij de inlener.
Bij een gemiddeld tarief van €75,- is het risico ca. € 60.000 per medewerker op jaarbasis. Indien de economie krimpt, wordt het risico op faillissementen hoger en daarmee het risico op inlenersaansprakelijkheid. Bij lange inhuurketens (meerdere schakels) is het risico dat er iets fout gaat ook groter. Hierbij geldt wel de volgtijdelijke aansprakelijkheid, dus eerst worden de eventuele doorleners aansprakelijk gesteld, in plaats van direct de inlener. Risico’s kunnen door de inlener geminimaliseerd worden door afstorting op de g-rekening van de uitlener (of doorlener). Bij NEN4400 gecertificeerde leveranciers geldt er een wettelijke vrijwaring bij afstorting van 25%. Bij niet NEN4400 gecertificeerde leveranciers geldt een vrijwaring tot het afgestorte bedrag. Gebruikelijk is dan om 55% van het factuurbedrag inclusief omzetbelasting af te storten.
Als broker hanteert Harvey Nash een strakke inlenersaansprakelijkheidsprocedure richting de partijen achter ons in de inhuurketen. Dit betekent dat de gehele inhuurketen in kaart wordt gebracht. In overleg met de opdrachtgever kan de inhuurketen ingekort worden, wat ook kostenbesparend kan zijn. Vervolgens controleren wij of er sprake is van een NEN4400 certificering en wordt bewaakt of de NEN4000 certificering gedurende het contract niet wordt ingetrokken.
Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS)
Niet alleen de werkgever, maar ook de inlener is verantwoordelijk voor het betalen van het juiste loon van een ingehuurde werknemer. Deze zogenoemde ketenaansprakelijkheid voor loon is een van de maatregelen uit de Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS). Dit betreft een civielrechtelijke ketenaansprakelijkheid m.b.t. het loon. Het gaat dus om een eventueel geschil tussen een werknemer en een opdrachtgever (eventueel tussen de vakbond en de opdrachtgever) en dus niet over claims van de Belastingdienst. Inleners kunnen aansprakelijk gesteld worden als een ingeleende werknemer niet of onvoldoende betaald krijgt door zijn werkgever. Dit kan bijvoorbeeld van toepassing zijn bij een faillissement of als de inlenersbeloning niet juist wordt toegepast (de externe medewerker krijgt minder loon voor hetzelfde werk dat een interne medewerker betaald krijgt).
Er zijn geen vrijwaringsmogelijkheden voor de ketenaansprakelijkheid voor loon, bijvoorbeeld door middel van het storten op een g-rekening. Het enige wat een inlener/doorlener resteert, is een beroep bij de rechter te doen op niet-verwijtbaarheid. In de WAS wordt gesteld dat als de inlener voldoende maatregelen heeft getroffen, dat dan niet-verwijtbaarheid in beginsel is gegeven. De beheersmaatregelen die Harvey Nash als broker hanteert omvatten het volgende:
- Een zo kort mogelijk keten van partijen achter Harvey Nash;
- Een ondertekende verklaring van de werkgever dat de eventueel van toepassing zijnde cao juist wordt toegepast en dat de werkgever voldoende op de hoogte is van de arbeidsvoorwaarden van de inlener;
- De werkgever verklaart een marktconforme prijs met betrekking tot de opdracht van de externe medewerker te ontvangen, waarmee het minimaal mogelijk is het aan de externe medewerker, al dan niet op basis van een cao, verschuldigde loon te voldoen;
- Contractuele bepalingen die toezien op het juist en tijdig betalen van het door de werkgever verschuldigde loon. Harvey Nash kan contractueel gezien ingrijpen indien er zich misstanden voordoen, bijvoorbeeld door de externe medewerker rechtstreeks te betalen.
Met deze maatregelen zal een beroep op de niet-verwijtbaarheid succesvol zijn, waarmee ook onze opdrachtgevers gevrijwaard zijn van de ketenaansprakelijkheid voor loon.
Wet Allocatie Arbeidskrachten door Intermediairs (Waadi)
De Waadi legt diverse regels voor intermediairs vast. Een voorbeeld hiervan en een zeer belangrijke is de verplichting tot gelijke behandeling (artikel 8): de arbeidskracht heeft recht op tenminste dezelfde arbeidsvoorwaarden als die gelden voor werknemers in gelijke of gelijkwaardige functies in dienst van de onderneming waar de terbeschikkingstelling plaatsvindt. Controle op de naleving van deze wet wordt uitgevoerd door de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De overheid heeft de Waadi in 1998 in het leven geroepen om malafide uitzendbureaus aan te pakken en om uitbuiting van externe medewerkers tegen te gaan. De belangrijkste bepalingen uit de Waadi die ook relevant zijn voor de inlener zijn de registratieplicht voor uitleners en de meldplicht van de relevante arbeidsvoorwaarden. Deze twee plichten lichten we kort toe.
Registratieplicht (artikel 7a Waadi):
Uitleners (en doorleners) dienen geregistreerd te staan als een onderneming die arbeid ter beschikking stelt aan derden. Dat kan op de volgende manieren:
- Een onderneming die bedrijfsmatig met het ter beschikking stellen van arbeid bezig is, moet in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel onder de juiste SBI-code geregistreerd staan. Dit zijn de volgende codes: 78201 Uitzendbureaus; 78202 Uitleenbureaus, 78203 Banenpools (werkgelegenheidsprojecten) of 7830 Payrolling (personeelsbeheer);
- Ondernemingen die niet-bedrijfsmatig arbeidskrachten ter beschikking stellen, moeten ook melden dat ze (bijvoorbeeld incidenteel) arbeidskrachten ter beschikking stellen. Zij krijgen geen nieuwe SBI-code, maar in plaats daarvan krijgen zij in het Handelsregister een aantekening dat ze voldoen aan de registratieplicht (de Waadi-indicator).
Inleners en doorleners kunnen altijd controleren of er wordt voldaan aan de registratieplicht Waadi door de Waadi-check uit te voeren op hun website.
Bij overtreden van de registratieplicht kan door de Inspectie SZW een boete opgelegd worden aan de uitlener, de doorlener(s) en de uiteindelijke inlener, conform de volgende staffel:
- 1 tot 10 arbeidskrachten: €8.000;
- 10 tot 30 arbeidskrachten: €16.000;
- 30 of meer arbeidskrachten: €32.000.
Bij een tweede overtreding (herhaling) verdubbelen deze bedragen, bij een derde keer worden de bedragen drie keer zo hoog.
Als broker brengt Harvey Nash de inhuurketen in kaart en vereist dat alle partijen juist Waadi geregistreerd zijn. Dit geldt ook voor zelfstandige professionals die werken vanuit een eigen B.V., omdat zij formeel in dienst zijn van de B.V. en zich daaruit ter beschikking stellen.
Meldplicht arbeidsvoorwaarden (artikel 12a Waadi): inleners zijn verplicht om per ingehuurde medewerker de geldende arbeidsvoorwaarden te melden aan de uitlener/doorlener, uitgaande van de door de medewerker uit te voeren functie (gelijk of gelijkwaardig aan de door werknemers binnen de inlener uit te voeren functie). Het niet voldoen aan de meldplicht leidt op zichzelf niet tot boetes. Maar doordat de inlener via de ketenaansprakelijkheid uit de Wet Aanpak Schijnconstructies aansprakelijk is voor niet-genoten loon, is ook de inlener erbij gebaat om te zorgen dat de juiste arbeidsvoorwaarden gedeeld en toegepast worden. Een uitlener zou zichzelf kunnen vrijpleiten indien de uitlener kan aantonen dat de inlener de gegevens niet heeft aangeleverd, ondanks dat de uitlener hier meerdere malen om gevraagd heeft. Op grond van artikel 15 van de Waadi kan de ter beschikking gestelde medewerker een klacht indienen over het mogelijk overtreden van de normen in de Waadi. Als de Inspectie SZW heeft vastgesteld dat de Waadi is overtreden, dan heeft de ter beschikking gestelde medewerker een sterkere positie als hij een civiele procedure opstart.
De wettekst en parlementaire geschiedenis maken het niet duidelijk hoever een inlener moet gaan om te voldoen aan de meldplicht. Harvey Nash heeft met haar klanten afgestemd hoe kan worden voldaan aan de meldplicht. Per aanvraag/inhuuropdracht wordt de schaal (en eventuele trede) waar de functie invalt benoemd en wordt verwezen naar de arbeidsvoorwaarden van de inlener.
Q&A
Wat is een g-rekening?
Een bedrijf dat personeel ter beschikking stelt aan derden, kan een g-rekening openen. Dit gaat via een standaard aanvraagformulier van de Belastingdienst. Een g-rekening is een geblokkeerde bankrekening waarmee de uitlener alleen de loonheffingen en/of de btw aan de Belastingdienst kan betalen. Een g-rekeningnummer bevat altijd de cijfers 099 op de 3 posities direct na de uit 4 letters bestaande bankcode. Een inlener kan de risico’s in het kader van de inlenersaansprakelijkheid beperken door een deel van het factuurbedrag dat is bestemd voor de loonheffingen en omzetbelasting, te storten op de g-rekening van de uitlener.
Krijgt iedereen een g-rekening?
De Belastingdienst kan besluiten dat een uitlener niet in aanmerking komt voor een g-rekening. Er geldt namelijk de voorwaarde dat de onderneming zich (nagenoeg) uitsluitend moet bezighouden met het uitlenen van personeel. Voor zelfstandige professionals is het bijvoorbeeld lastig om een g-rekening te openen en voor bedrijven die slechts incidenteel personeel ter beschikking stellen. Mocht het zo zijn dat de Belastingdienst de g-rekening weigert, dan kan een nadere toelichting helpen om toch te zorgen dat de g-rekening verstrekt wordt. Mocht het zo zijn dat de Belastingdienst de g-rekening definitief niet verstrekt, dan zal Harvey Nash met de leverancier afspreken dat zij ieder kwartaal een accountantsverklaring aanlevert omtrent de juiste en tijdige afdracht van de loonheffingen en btw.
Wat houdt een NEN4400 certificering in?
De NEN 4400 norm is een nationale norm die eisen stelt aan uitleners en (onder)aannemers van werk, die in Nederland gevestigd zijn. Die eisen hebben o.a. op de afdracht van belastingen en sociale premies (in het kader van de inlenersaansprakelijkheid) en de juiste uitbetaling van loon in combinatie van eventuele cao’s (in het kader van de WAS en Waadi). Het doel van het NEN 4400 certificaat is het risico voor opdrachtgevers op verhaal en boetes van de Belastingdienst en andere overheidsinstanties te beperken. De Stichting Normering Arbeid (SNA) toetst 1 of 2 keer per jaar of aan de gestelde eisen wordt voldaan.
Wat is het nut van NEN 4400-certificering?
Door gecertificeerd te zijn met de NEN 4400 norm biedt een uitlener aan de inleners een mate van zekerheid dat de inlener minder financieel risico loopt in het kader van de inlenersaansprakelijkheid, WAS en Waadi. Het storten van 25% van het factuurbedrag op de g-rekening van een NEN4400 gecertificeerd geeft wettelijke vrijwaring met betrekking tot de inlenersaansprakelijkheid. Voor niet NEN4400 gecertificeerde bedrijven geldt alleen een vrijwaring tot het op de g-rekening afgestorte bedrag.
Is Harvey Nash NEN4400 gecertificeerd?
Jazeker. Het openbare register van de Stichting Normering Arbeid is te raadplegen via hun website